Paul en Postmus meldden tijdens het conflict twee mogelijke calamiteiten aan de IGZ over sterfgevallen op de IC, die onder leiding stond van een van hun ‘tegenstanders’. De meldingen leidden tot kritische rapporten van de inspectie over het reilen en zeilen op de IC, hetgeen door sommigen in het VUmc werd gezien als een bewijs dat de inspectie zich voor het karretje had laten spannen van Paul en Postmus. Anderen zagen de twee juist als moedige klokkenluiders.
In de anonieme brandbrief wordt gesuggereerd dat het 'complot' tegen Paul een gevolg was van de lopende ruzie. Maar de inspectie schrijft in haar rapport dat zij geen samenzwering heeft kunnen vaststellen. ‘Niemand van degenen die volgens de melding zouden hebben samengezworen, noch zij die betrokken waren bij de gebeurtenis, hebben dit laatste aan de inspectie verklaard’, schrijft de IGZ. ‘Uit de schriftelijke informatie is een samenzwering ook niet op te maken.’ De patiënt was evenmin onder narcose toen duidelijk werd dat de operatie niet kon doorgaan.