Enkele jaren geleden hebben supermarkten onderling via de branchevereniging (het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel, CBL) afgesproken dat het de kassamedewerker is die controleert of iemand oud genoeg is. Zij geven de caissières speciale trainingen en zetten allerlei hulpmiddelen in om aan de wet te voldoen.
Met uiterst matige resultaten: uit het laatste onderzoek bleek dat het in gemiddeld de helft van de gevallen fout gaat. Daar komt bij dat jongeren in korte tijd uitvogelen bij welke supermarkt en bij welke caissière ze het makkelijkst aan bier of sigaretten komen. Dat maakt het systeem zo lek als een mandje.
Toch weigert de supermarktbranche een middel in te zetten waarvan wetenschappelijk is aangetoond dat het vrijwel waterdicht is. Met andere woorden: waarmee de wet adequaat kan worden nageleefd. Zo’n systeem, waarbij de leeftijdscontrole niet door de caissière wordt uitgevoerd maar door een controleur-op-afstand, tast de winkelformule aan, zei Albert Heijn-directeur Van Vliet in Argos. Vooral omdat die controle geschiedt via een cameraverbinding. Van Vliet: ‘Ik wil niet leven een samenleving waarin wij in een supermarkt iedere keer als wij alcohol of tabak kopen, voor de camera moeten verschijnen.’
De directeur van Albert Heijn gaat daarmee voorbij aan het feit dat de winkels van Albert Heijn ook nu al volhangen met camera’s die elke stap van de klant registreren. Los daarvan geeft de supermarktketen met deze afkeer kraakhelder aan waar voor haar de grens ligt. Er mag veel in het werk worden gesteld om de verkoop van alcohol en tabak aan minderjarigen tegen te gaan, maar dit streven houdt op zodra de maatregelen ‘het format aantasten’ of ‘ten koste gaan van de klantvriendelijkheid’. In dat geval moet de wet wijken voor het winkelformat - lees: de omzet.
De overheid lijkt dat argument te accepteren. Officieel zegt staatssecretaris Van Rijn dat verkopers van alcohol en tabak beter hun best moeten doen om de wet op dit punt na te leven. Tegelijkertijd houdt de bewindsman net als zijn voorgangers vast aan het standpunt dat het niet aan de overheid is om voor te schrijven hoe er moet worden gecontroleerd. De branche mag dat zelf besluiten.
Bovendien blijkt de pakkans voor sjoemelende verkopers uiterst klein; gemeenten zetten verhoudingsgewijs veel te weinig opsporingsambtenaren in om al die supermarkten en cafés in de gaten te houden. Daarnaast blijken ambtenaren op het ministerie van VWS al langere tijd op de hoogte te zijn van de boycot door supermarkten van het zogeheten Ageviewers-systeem – een boycot die ook toezichthouder ACM inmiddels heeft vastgesteld. De VWS-ambtenaren doen niets met die kennis, stelde een belangrijk adviseur in een interne brief aan Van Rijn.
Al met al wekt de overheid daarmee de indruk dat er ook voor háár grenzen zijn aan de mate waarin de leeftijd moet worden gecontroleerd.
De aard van het betreffende controlesysteem speelt hierbij vermoedelijk ook een rol. Ageviewers werkt voor zover bekend naar behoren en voldoet aan de wet bescherming persoonsgegevens. Volgens een recent rapport van het Trimbos Instituut is Ageviewers het enige systeem dat effectief én fraudebestendig én in lijn met de privacyregels is. Toch laat het systeem zich op papier lastig verkopen. Controle via een camerasysteem wekt in deze tijden van afluisterschandalen en privacyovertredingen al snel wrevel en weerzin.
Dit sentiment is door onwillige verkopers gemakkelijk te misbruiken om Ageviewers in de hoek te zetten van immorele privacyschenders. Het zal voor de bedenkers van het systeem daarom nog een hele klus worden om hun controlemiddel breed geaccepteerd te krijgen.