De coronacrisis heeft ons doen inzien dat het hoog tijd is om onze consumptiedrang, reislust, voortdurende haast en overproductie nu eens écht goed onder de loep te nemen. Iets waarvan we al lang wisten dat dat ooit zou moeten gebeuren, om onze aarde redden. Maar eerder durfden we die sprong naar een duurzamere wereld nog niet volledig te wagen.
Door de strikte coronamaatregelen lijken we, al dan niet noodgedwongen, de eerste stappen te zetten richting een duurzamere samenleving. We zien nu dat het tóch anders kan, met veel minder drastische gevolgen dan we altijd dachten. Want we doen het nu gewoon: minder auto’s op de weg en vliegtuigen in de lucht. Minder productie en consumptie. Minder rotzooi, minder drukte, en juist meer nadenken over hoe we het anders aan moeten pakken.
De maatregelen brengen onbedoelde, maar daardoor niet minder positieve effecten met zich mee. De uitstoot van broeikasgas neemt af door het verminderde auto- en vliegverkeer. Het energiegebruik neemt af door de verlaagde productie in de tuin- en landbouw, en leegstaande kantoren en winkels zorgen voor een daling in het gebruik van gas.